Sinds de kruistochten worden de Tempeliers omringd door mysteries, legendes en geruchten over het bovennatuurlijke. De ridderorde werd gesticht in de oude Franse stad Troyes aan het begin van de 12e eeuw. In de middeleeuwen was de orde bekend om zijn militaire, architecturale en financiële vaardigheden.
Door wie zijn de tempeliers opgericht?
De Tempeliers werden in 1118 opgericht door Hugo de Payns en acht andere ridders. Ze werden geholpen door Sint Bernard de Clairvaux, een cisterciënzer monnik. In 1119 begonnen deze negen mannen aan een mysterieuze queeste en noemden zichzelf Arme Ridders van Christus en van de Tempel van Salomon.
Hugues de Payns ontmoette zijn naamgenoot Hugo, graaf van Champagne, voor het eerst toen ze op weg waren naar het Heilige Land in 1104. Ze gingen erheen om de kruisvaarders te versterken in hun strijd tegen de Seltsjoeken.
Iets moet Hugues de Payens hebben geïntrigeerd, want hij keerde drie jaar later in zijn eentje terug naar Jeruzalem. Na deze tweede expeditie ging hij terug naar Frankrijk om acht ridders te rekruteren, waaronder zijn eerdere reisgenoot Hugo de Champagne.
Deze negen ridders vormden een militaire orde en Hugues de Payens werd hun eerste grootmeester.
De eerste tempeliers waren:
- Hugo de Payns (oprichter, 1118) (eerste grootsmeester, 1118–1136)
- Godfried van Sint-Omaars
- Payen van Montdidier
- Archambaud de Saint Armand (or Saint Agnan)
- André de Montbard (oom van Bernard de Clairvaux)
- Hugues de Champagne
- Fulk V, Count of Anjou
- Gundemar, Cistercian Priest and Templar, relative of Bernard of Clairvaux
- Rossal/Roral, Cistercian Priest and Templar, relative of Bernard of Clairvaux
This story is also available in English: The Knights Templar, the Full Story in Six Questions.
Waarom werden de tempeliers opgericht?
Officieel was het doel van de Tempeliers om pelgrims te beschermen op de weg van Jaffa naar Jeruzalem, maar waarschijnlijk hadden ze een andere, meer geheimzinnige reden voor hun verblijf in Jeruzalem.
Toen de groep ridders in Jeruzalem aankwam, gingen ze rechtstreeks naar koning Boudewijn II en vroegen hem om hen een stuk van de voormalige Al-Aqsa-moskee te geven, die hij als zijn persoonlijke paleis gebruikte.
De Tempeliers wilden niet zomaar een deel van het enorme complex. Ze wilden het deel van de moskee dat het dichtst bij de Rotskoepel en de gebouwen eromheen lag. Vreemd genoeg stemde koning Boudewijn direct in met wat de negen ridders vroegen. We weten niet welke reden ze hebben opgegeven, maar het moet erg overtuigend zijn geweest.
Officieel waren de Tempeliers in Jeruzalem om de pelgrims te beschermen, maar in plaats daarvan gingen ze letterlijk ondergronds en deden opgravingen in en rond de Rotskoepel. Een deel van wat ze deden is recentelijk teruggevonden. In 1985 vond een Israëlisch team van archeologen een tunnel die waarschijnlijk door de Tempeliers was gegraven en die direct onder de Rotskoepel leidde. Gezien de politiek explosieve situatie in Jeruzalem werden verdere opgravingen onder te Tempelberg verboden. De bewuste tunnel is afgesloten en niet te bezichtigen..
Het lijkt er dus op dat de Tempeliers op een geheime missie waren, in een poging iets op te graven dat verborgen lag onder de Tempelberg.
Wat hebben de tempeliers in Jeruzalem gevonden?
Wat de Tempeliers eventueel hebben gevonden onder de Al-Aqsa is een vraag die de gemoederen al lange tijd bezighoudt. Geen enkel antwoord kan historisch worden bewezen, maar sommige hypothesen zijn waarschijnlijker dan andere.
Hier zijn enkele mogelijkheden: De tempeliers vonden
a. De Heilige Graal,
b. De Ark des Verbonds of
c. papyrusrollen met geheime kennis.
- De Tempeliers vonden de Heilige Graal.
Dit zou mogelijk kunnen zijn, maar het is niet erg waarschijnlijk dat deze graal de beker was waaruit Jezus dronk tijdens het Laatste Avondmaal en die door Jozef van Arimathea werd gebruikt om Zijn bloed op te vangen nadat de speer Hem doorboorde.
De Heilige Graal wordt voor het eerst genoemd in 1181, ongeveer zeventig jaar nadat de Tempeliers waren begonnen met de opgravingen onder de Tempelberg. Chrétien de Troyes schreef over de Heilige Graal, zijnde een kom of een steen met magische krachten. Misschien werd Chrétien geïnspireerd door de vondst van de Tempeliers. Hij was immers als schrijver in dienst van de kleinzoon van Hugo de Champagne, één van de eerste negen Tempeliers.
- De Tempeliers vonden de Ark des Verbonds.
De Ark verdween in 587 v.Chr. nadat de Babyloniërs Jeruzalem veroverden. Daarvoor werd de Ark bewaard in het Heilige der Heiligen van de Tempel van Salomo in Jeruzalem. Het is mogelijk dat priesters de Ark des Verbonds hebben verborgen terwijl Jeruzalem werd belegerd. Onder de Tempelberg lijkt hiervoor een geschikte plek.
De Ark van het Verbond was een soort ‘oorlogsmachine’; alleen al het aanraken ervan, zonder de nodige voorzorgsmaatregelen, betekende een onmiddellijke dood. Als de tempeliers de Ark hadden gevonden en het op de een of andere manier hadden kunnen gebruiken, zou het een ultiem wapen in de kruistochten zijn geweest.
- De Tempeliers vonden papyrusrollen met geheime kennis
De Tempel in Jeruzalem werd gebouwd in de dagen van Salomo. In kringen van de vrijmetselarij wordt aangenomen dat Salomo over een aantal ‘geheime’ bouwtechnieken beschikte.
Volgens deze bronnen namen de Tempeliers geheime kennis mee naar Europa en gebruikten het om gotische kerken te bouwen. Rond het jaar 1130 begon deze stijl van architectuur zich over Europa te verspreiden; eerst in Frankrijk, daarna verspreidde het zich naar de rest van de christelijke wereld.
Wat was het concilie van Troyes?
Op 13 januari 1129 vond het concilie van Troyes plaats. Hier werden de regels voor de Orde van de Tempeliers vastgesteld, waardoor de tempeliers de eerste religieuze én militaire orde in het christendom werd.
Hugo De Payns kwam naar Frankrijk om zelf aan het concilie deel te nemen. De leiders van de kerk kwamen samen om te beslissen wat er met de nieuwe orde zou gebeuren. De cisterciënzer abt St. Bernardus van Clairvaux steunde De Payns. Samen wisten ze de afgevaardigden van de Paus te overtuigen van het belang van de Tempeliers. St Bernardus schreef zelfs de oorspronkelijke “regels” van de Orde en baseerde deze op de cisterciënzerregels, met de nadruk op kuisheid, gehoorzaamheid en armoede.
In 1139 werden de Tempeliers tot kloosterorde verklaard onder de bescherming van de Kerk in Troyes, maar Clairvaux stond erop dat paus Innocentius II deze nieuwe orde erkende als zijnde onder het exclusieve gezag van de paus, zonder enig ander tijdelijk of kerkelijk gezag.
Hoe werden de tempeliers zo rijk en machtig?
Bernard de Clairvaux was de meest toegewijde aanhanger van de Tempeliers in de Roomse Kerk. Hij hielp de tempeliers door zijn positie in de kerk te gebruiken om nieuwe leden te werven, geld in te zamelen en geschenken te verkrijgen.
- De Tempeliers gebruikten religieuze steun om een machtige organisatie op te bouwen. Op het hoogtepunt hadden ze 20.000 mensen die voor hen werkten. Slechts 2.000 van hen waren ridders en rest werkte als administrateurs, arbeiders en klerken.
- De Tempeliers vochten in de kruistochten, rekruteerden (tegen betaling) jonge zonen van edelen en trainden hen tot monniken en ridders.
- De Tempeliers bouwden de sterkste kastelen en vestingwerken van Europa.
- De Tempeliers gebruikten hun buitenposten langs de pelgrimswegen om ‘s werelds eerste internationale banksysteem te creëren. Pelgrims stortten goud op één locatie, kregen een bewijs met het bedrag dat in deposito werd gehouden en namen geld op als dat nodig was bij andere tempelierslocaties langs de weg.
- De Tempeliers leenden geld tegen hoge rente en gebruikten de winst om onroerend goed in heel Europa te kopen.
- De Tempeliers kregen van paus Innocentius II het recht om hun eigen kerken te bouwen en maakten hier volop gebruik van.
Waarom werden de tempeliers gedood?
De Tempeliers werden te machtig. Filips IV, de koning van Frankrijk, was hen veel geld schuldig en zijn enige uitweg was om de tempeliersorde op te heffen. Hij liet ze tegelijk arresteren en beschuldigden ze van ketterij (om de paus aan zijn kant te krijgen) en wilde al hun eigendommen confisqueren. Dit laatste is niet gelukt. De paus gaf de bezittingen van de tempeliers aan de Johannieter Orde.
Op vrijdag 13 oktober 1307 arresteerde de Franse koning Filips (Filips IV) de Schone de verschillende ridders, monniken en huishoudens van de Tempeliers.
De rechtszaken die volgden duurden bijna vijf jaar en eindigden met de formele ontbinding van de Orde op het Concilie van Wenen in 1312. Een deel van de tempeliers werd opgesloten in de bastide van Domme. Afbeeldingen die door hen in de muur zijn gekrast, zijn nog steeds te bezichtigen. Als je deze link volgt, kun je daar alles over lezen.
De tempeliers werden beschuldigd van homoseksualiteit en blasfemie; met name het bespugen van het heilige kruis. Hun bezittingen werd het eigendom van de hospitaalridders, dit tot ergernis van Philips de Schone.
De laatste grootmeester van de tempeliers, Jacques de Molay, werd op 18 maart 1314 samen met 40 andere tempeliers levend verbrand in Parijs. Terwijl de vlammen hem langzaam verteerden, zou hij de koning en de paus hebben vervloekt. Beiden zijn in hetzelfde jaar om het leven gekomen.